Je weet precies welke lens en welk filter je moet gebruiken voor een bepaald effect. Je werkt met statieven en filters. In een studio werk je met verschillende achtergronden. Je hebt speciale apparatuur voor de beste belichting. Zo maak je de mooiste foto’s.
Als je de foto’s hebt gemaakt, kies je de beste uit. Die foto’s ga je bewerken. Je haalt bijvoorbeeld rode ogen weg. Of als mensen daarom vragen, kan je een vlekje of pukkeltje onzichtbaar maken. Dat heet retoucheren. Je zet alles in het beste licht!
Je werkt meestal bij een fotografie-bedrijf. Dan maak je bijvoorbeeld portretten of foto’s van evenementen. Er zijn ook bedrijven die zich richten op één ding: bijvoorbeeld mode- of natuurfotografie. Of de schoolfotograaf! Je kan ook als zelfstandige fotograaf werken. Dan werk je voor verschillende opdrachtgevers.