Je ontvangt de klant in de winkel en gaat met hem of haar naar een kamertje. Met behulp van allerlei apparatuur meet je de ogen. Zo meet je welke brilsterkte nodig is, maar ook of het oog een cilinder heeft. Als het oog een cilinder heeft, betekent dit dat het oog in een bepaalde richting scherper ziet dan in een andere richting. Al deze gegevens zijn nodig voor het maken van de juiste brillenglazen of lenzen. Je stuurt deze gegevens naar de producent van de glazen of lenzen. Als de glazen zijn aangekomen, slijp je ze in de werkplaats. Ook zet je ze in het gekozen montuur.
Je houdt je verder bezig met het adviseren van klanten, het repareren van brillen en het goed buigen van monturen. Bij grote oogproblemen verwijs je mensen door naar de oogarts. Ook doe je wat administratieve taken en stuur je medewerkers aan.