Een matras, een bordje friet, een bos bloemen: ze komen niet zomaar uit de lucht vallen. Ze moeten gemaakt worden in een fabriek! Jij werkt in zo’n fabriek. Je bedenkt hoe het maken van producten beter kan en schrijft je voorstellen op in een verbeterplan. Je beslist bijvoorbeeld om een machine anders af te stellen, zodat er meer producten per uur worden gemaakt. Of je doet een voorstel voor een betere machine of een beter computerprogramma. Je schrijft niet alleen deze verbeterplannen, maar je voert ze ook uit. Je repareert machines, stelt ze beter af en lost storingen op. Je werkt altijd veilig.