Kapotte vrachtwagens of bestelbussen komen naar de werkplaats. Of jij gaat naar de klant. Je inspecteert het voertuig en praat met de klant. Wat is het probleem? Dan zoek je waar het probleem vandaan komt. Misschien is er een storing? Je lost het probleem op. Je vervangt bijvoorbeeld motoronderdelen of de verlichting. Als je klaar bent, maak je een proefrit. Je test dan of alles weer goed is. Je voert ook onderhoudsbeurten uit. En soms monteer je ook accessoires voor een klant, zoals een telefoonhouder.
Als je een technisch specialist bent, doe je de moeilijkere projecten. Bijvoorbeeld de problemen met een computersysteem. Je geeft dan soms ook leiding.