‘Carrosserie’ betekent buitenkant. Elk voertuig heeft natuurlijk zo’n buitenkant. Bijvoorbeeld een auto, bestelbus, caravan, brandweerwagen of bloemenwagen. Jij maakt nieuwe carrosserieën. Je zet alle onderdelen in elkaar. Je gebruikt hiervoor een werktekening. Je zaagt, slijpt, timmert, last en lijmt. Soms repareer jij ook een kapotte carrosserie.
Jij weet heel goed hoe verschillende carrosserieën in elkaar zitten. Je snapt waar problemen vandaan komen en kunt ze oplossen. Als jij ‘eerste carrosseriebouwer’ bent, geef je ook leiding aan je collega’s. Je vertelt wat iedereen moet doen en je helpt bij vragen of problemen.