Je stort betonnen vloeren in huizen, fabrieken en kantoren. Je werkt in een team. Je hebt verschillende gereedschappen. Pompen bijvoorbeeld, of trekkers. De vloeren zijn meestal van cement.
Vaak werk je in nieuwe gebouwen. Maar je herstelt ook beschadigde of bobbelige vloeren in oude gebouwen. Die maak je weer glad. Omdat je steeds ergens anders werkt, is je werk heel verschillend.
Sommige bedrijven verbeteren vloeren: bijvoorbeeld zo, dat de vloer beter warm blijft. Dat noem je isoleren. Daar gebruik je speciale materialen en technieken voor. Soms doe jij dat ook, of dat doet de isolatiemonteur.