Als je op de bouwplaats komt, overleg je met de voorman wat je die dag gaat doen. Dat kan elke dag anders zijn. Je werkt meestal samen. Kozijnen plaatsen, een nieuwe gevel maken, of voegwerk. Je legt eerst je spullen klaar. Je meet of de onderdelen de goede maat hebben.
Omdat ieder gebouw anders is, is je werk heel verschillend. Je werkt wel altijd buiten. Soms plaats je materiaal dat ervoor zorgt dat een gebouw beter warm of koel blijft: dat heet isolatiemateriaal. Soms monteer je kozijnen of deuren. Je werkt met verschillende materialen en gereedschappen. Vaak zijn de onderdelen al in elkaar gezet. Gevelmonteurs plaatsen soms ook dakonderdelen.