Een boer wil dat zijn dieren gezond blijven. Zijn ze niet gezond, dan geven ze minder melk. En minder melk betekent minder geld. Daarom schakelt een boer af en toe een klauwverzorger in.
Je zet de dieren vast in een speciale box, die je vaak zelf meeneemt naar de locatie en neerzet in de stal. Je zet de poot vast en ‘knipt’ de hoef. Dit doe je met messen en slijptollen. Ontstekingen behandel je. Je geeft ook advies over de hoefverzorging, voer en de bodem waarop de dieren lopen. Een natte bodem veroorzaakt vaker hoefproblemen dan een droge bodem. Heb je een eigen bedrijf, dan doe je bijvoorbeeld ook zelf de administratie.