Je tilt en verplaatst dingen: bijvoorbeeld containers in de haven, of beton op een bouwplaats. Je kan goed afstanden en gewicht schatten. Je stemt je werk af met de hijsbegeleider: die geeft je tekens wanneer de kust veilig is. Of hoe snel je moet hijsen. En je overlegt met de opdrachtgevers.
Behalve hijsen moet je meestal ook de kraan onderhouden. En je helpt bij het klaarmaken van de lading. Die zit vast met zware kettingen en kabels. Daar moet je sterk voor zijn!
Wat je precies doet, ligt aan waar je werkt. Er zijn namelijk verschillende soorten kranen met verschillende doelen. De hoge torenkranen op een bouwplaats, maar ook lagere kranen op rupsbanden. En kranen op schepen of boorplatformen.