In fabrieken worden aan de lopende band producten gemaakt. Denk aan brood of kleding. Natuurlijk moeten de producten veilig en goed zijn. Jouw taak is om die kwaliteit te bewaken. Je controleert bijvoorbeeld of de broden er goed uitzien, de juiste ingrediënten bevatten en geen bacteriën hebben. Je neemt monsters en analyseert ze in het lab. En je controleert of er hygiënisch wordt gewerkt. Als je een fout opmerkt, moet je het probleem doorgeven aan de productie-afdeling van het bedrijf. De medewerkers stellen de machines dan bijvoorbeeld anders in of zullen het productieproces stopzetten. Je schrijft rapporten over de testresultaten.