Je werkt in allerlei gebouwen, van ziekenhuizen tot woonhuizen en kantoren. Je krijgt een opdracht en technische tekeningen. Je bedenkt hoe je de klus aanpakt. Jouw werk veroorzaakt soms overlast: stof en lawaai. Je zorgt dus dat je de rest het pand zoveel mogelijk beschermt. En je geeft duidelijk door aan de klant wat je gaat doen en wanneer. Natuurlijk overleg je bij een verbouwing ook met anderen, zoals elektriciens of schilders.
Als het nodig is, haal je eerst de oude wand of het oude plafond weg. Die ruim je netjes op. Je meet alles op en maakt de onderdelen op maat. Je zaagt, boort en timmert. Je maakt ook de gaten voor lampen of leidingen, en soms plaats je deuren en kozijnen.