Je werkt in een team dat met elkaar een schip of jacht (een grote boot) bouwt. Binnen dat team heb jij een eigen taak of specialisme.
Sommigen werken met metaal, en zijn vooral bezig met het maken en plaatsen van onderdelen. Je last en snijdt aluminium en staal. Anderen monteren apparaten aan boord. Bijvoorbeeld de motoren en pompen. Of het toilet. Weer anderen werken de schepen af. Zij plaatsen trappen en masten of schilderen de boel. Je werkt volgens een technische tekening.
Je kan ook meer voorbereidend werk doen. Bijvoorbeeld de technische tekeningen maken. Dat doe je op de computer. Of je bestelt de materialen. Soms deel je het werk van je collega’s in.
Vaak ben je van huis uit ijzerwerker, elektromonteur of pijpfitter bijvoorbeeld, en werk je in de scheepsbouw.
