De meeste slagerijen slachten de dieren niet zelf. Meestal komen leveranciers grote lappen vlees brengen. Jij haalt de botten eruit en snijdt het vlees in kleine stukken. Soms maak je ook lekkere salades, broodjes, soepen en warme maaltijden. Ben je klaar met de bereiding, dan leg je alles neer in de winkel. Je helpt de klanten: je weegt vlees af, verpakt het zorgvuldig en bedient de kassa. Je beantwoordt vragen van klanten en vertelt hoe ze het vlees het beste kunnen klaarmaken. Als je een eigen slagerij hebt, doe je bijvoorbeeld ook de administratie en het personeelsbeleid.
Jij bent een aanpakker en werkt hygiënisch. Je klanten mogen niet ziek worden!