Je werkt meestal op zee, maar er zijn natuurlijk ook vissers op rivieren en meren. Wat je precies doet, hangt af van waar je werkt. Je werkt vaak met grote machines: bijvoorbeeld kranen om de netten uit te zetten.
Je werkt in een team: samen hang je grote netten uit. Als de netten vol zijn, haal je ze weer binnen. Je checkt of de netten in orde zijn. Soms repareer je ze.
Op veel schepen sorteren vissers de vis. Je zoekt bijvoorbeeld te kleine vissen uit, en ‘verkeerde’ soorten.
Vaak werk je in ploegendienst. Het kan zijn dat je meerdere dagen achter elkaar op het water bent. Dat hangt af van het soort visserij waarin je werkt.