Je leert om ervoor te zorgen dat alles goed verloopt in de dokterspraktijk. Zo leer je om de telefoon aan te nemen en afspraken voor patiënten in het computersysteem te zetten. Ook leer je patiënten bij de balie te woord te staan. Je beantwoordt hun vragen. En je oefent met het uitvoeren van kleine medische handelingen, zoals allergietests uitvoeren en verbanden aanleggen. Daarnaast leer je de instrumenten voor de dokter schoon te maken en klaar te leggen. En de voorraad bij te houden. Bovendien krijg je les in het begeleiden van nieuwe collega’s.
