Je leert om de manager of directeur te helpen. Zo leer je bijvoorbeeld om vergaderingen in te plannen, agenda’s te beheren en zakenreizen te regelen. Ook leer je hoe je opschrijft wat er tijdens een vergadering wordt gezegd. Dit heet notuleren. Natuurlijk kun je nooit snel genoeg opschrijven wat iemand zegt, dus je leert hoe je aantekeningen maakt en deze later kunt uitwerken. Hiernaast krijg je administratieve vakken. Je leert dan bijvoorbeeld hoe je facturen betaalt en netjes in een computerprogramma zet. En hoe je bijhoudt hoeveel uren de medewerkers aan een project werken.