Eigenschappen die belangrijk zijn voor een dansdocent zijn vakbekwaamheid op het gebied van dans, de kwaliteit om leerlingen te doceren en te begeleiden, goed functioneren in teamverband en in staat om amateur producties te ontwikkelen. Omdat de werkvelden erg divers zijn, is het belangrijk dat je goed kunt werken met verschillende niveaugroepen. Het danspedagogisch onderwijs dat deel uitmaakt van deze opleiding, bereidt je voor op het lesgeven.
Vanaf het eerste jaar geef je al lessen op de basisschool en vanaf het derde jaar geef je lessen en workshops en begeleidt je educatieve dansprojecten, zodat je je didactische en pedagogische kwaliteiten kunt ontwikkelen. Dat kan op dansscholen zowel in Nederland als daarbuiten; stage lopen kan onder meer in Frankrijk, India, Brazilië, New York en Gambia.
De meeste docenten die je opleiden tot dansdocent zijn zelf ook werkzaam in de professionele of amateur danssector, waardoor de opleiding een directe relatie met de dagelijkse praktijk heeft. Zij zien hoe het dansonderwijs op scholen en met allerlei soorten jongeren steeds omvangrijker wordt. Het aantal amateur dansfestivals neemt de laatste jaren almaar toe, niet in de laatste plaats omdat dans bijzonder geschikt is om interculturele verschillen te overbruggen.
De opleiding Docent Dans speelt een actieve rol in deze ontwikkeling en vertaalt dit naar het onderwijsprogramma. Steeds meer groeit de opleiding toe naar een afspiegeling van het werkveld, waar afgestudeerde dansers, docenten en choreografen de ontmoeting aangaan en bruggenbouwers worden tussen culturen.