In het vakinhoudelijk deel van de opleiding ontwikkel je vaardigheid in het luisteren, spreken, lezen en schrijven van de Engelse taal. Daarnaast krijg je vakken als grammatica, idioom, uitspraak, kennis van land en volk en literatuur. Vanaf het eerste jaar besteed je ook aandacht aan de vakdidactiek. In het laatste studiejaar zet je een eigen onderzoek op, vertaald naar de praktijk van het voortgezet onderwijs. Gezien de aard van de opleiding en de zwaarte van het CPE-examen wordt gevraagd voor inschrijving contact te leggen met de studieleider.
In het pedagogisch-didactisch programma staan twee vragen centraal: wat is een goede leraar en hoe word je dat? In werkcolleges ga je aan de slag rond zeven thema’s die alles te maken hebben met het beroep van docent: relatie, gezag, leeromgeving, organisatie, ontwikkeling, uniciteit en verantwoordelijkheid.
Studenten Engels bezoeken drie keer tijdens hun opleiding een Engelstalig land. Ze bezoeken een taalschool als voorbereiding op de Cambridge Advanced en Cambridge Proficiency examens. Deze onderdompeling in taal en cultuur is onderdeel van de leerlijn 'Culture and Literature'. Studenten hebben gelegenheid om deel te nemen aan culturele activiteiten zoals een Choral Evensong.
Deze drie kernwoorden lopen als een rode draad door onze opleidingen heen, met als doel om onze studenten zo goed mogelijk op te leiden en te professionaliseren.