Als natuurkundige probeer je de wereld in wiskunde op te schrijven en met experimenten natuurverschijnselen te verklaren: van dagelijkse verschijnselen, zoals licht en energie, tot minder intuïtieve verschijnselen als kwantummechanica. Natuurkundigen zijn analytisch en echte probleemoplossers. Zij zijn degenen die veelal aan het begin staan van technologische veranderingen. Ze genereren waardevolle fundamentele kennis en bedenken nieuwe toepassingen zoals buigbare schermen en nauwkeurigere apparatuur voor in de zorg en krachtigere computers. Je leert abstracte vraagstukken doorgronden, en hoe je een theorie in het lab kunt testen. Je leert allerlei verschijnselen op een ander niveau begrijpen: zoals de mechanismen achter Alzheimer en kanker.